Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Maar God [18]beschikte een worm des anderen daags in het opgaan van den dageraad; [19]die stak den wonderboom, dat hij verdorde. 18. Gelijk vs.6. en terstond weder in vs.8. 19. Hebr. sloeg; dat is kwetste, stak enz. Verg. Gen.8:21, en Hos.9:16, en vs.8.